De zoektocht naar de opvolger voor vertrekkend Philips-topman Frans van Houten begon al eind vorig jaar. Diezelfde Van Houten kwam in zijn laatste publieke optreden nog wel met een opvallende mededeling over de slepende apneu-kwestie.
“Iets minder dan een jaar geleden, eind 2021, zijn we gestart met het uitgebreide zoekproces naar de opvolger van Van Houten”, aldus president-commissaris Feike Sijbesma.
De naam Van Houten stond daarbij niet op hun shortlist met kandidaten, zo bleek op 30 september 2022 tijdens de bijzondere aandeelhoudersvergadering (bava) waar de benoeming van ceo Roy Jakobs het enige agendapunt was. Een nieuwe termijn was “niet aan de orde geweest, ook niet van de kant van Van Houten”, zo lichtte Sijbesma toe.
Het is een mededeling die moeilijk te rijmen is met eerdere uitspraken in media-optredens van Van Houten zelf. Hij liet begin dit jaar in verschillende interviews met kranten weten dat zijn positie niet ter discussie stond bij de raad van commissarissen.
Op vragen van beleggers hierover zei Van Houten dat hij niet altijd over zijn intenties kon spreken omdat dat koersgevoelige informatie is.
Veelbelovend
Waar Jakobs enigszins gemuilkorfd leek – hij start op 15 oktober – nam Van Houten ongevraagd de gelegenheid te baat om uit te weiden over een en ander.
Zo pakte hij onverwacht een moment om het stappenplan toe te lichten dat Philips doorloopt om het apneudossier op te lossen. Hier wees hij onder meer op de “bemoedigende” testresultaten van eind juni waaruit in zijn ogen bleek dat “de risico’s minder waren dan oorspronkelijk aangenomen”.
Opvallend was vooral de toevoeging die daarop volgde. “Daar is de onderneming van plan om later dit jaar nog nieuwe informatie aan toe te voegen, wat ook veelbelovend lijkt te zijn”, aldus Van Houten.
Het is een vreemde mededeling, op een raar moment, door de verkeerde persoon. Je zou verwachten dat Philips pas na volledige afronding van de (deel)tests de markt hier over zou informeren. Indien Philips meent dat beleggers hierover eerder geïnformeerd moeten worden zou – aangezien sprake lijkt van koersgevoelige informatie – de geëigende route zijn dit via een persbericht naar buiten te brengen.
Hoewel ceo Van Houten officieel pas op 15 oktober ceo-af zal zijn, is bovendien de vraag of dit soort op de toekomst gerichte informatie niet door opvolger Jakobs naar buiten zou moeten worden gebracht.
Eind juni gaf Philips aan dat het “in de komende maanden” nog aanvullende tests gaat doen die moeten vaststellen of het schuim in de apparaten giftig of kankerverwekkend is. Hier is nog steeds geen uitsluitsel over.
Vertrekpremie
Onderwerp van gesprek tijdens de bava was ook de wijze waarop het arbeidscontract van Van Houten wordt afgewikkeld. Een klip en klaar antwoord op de vraag of Philips hem een vertrekvergoeding gaat betalen, gaf Sijbesma niet.
Hij zei aanvankelijk “niet op de hoogte te zijn van de precieze details”, maar dat het contract “in lijn was met de voorschriften uit de governance code”. Die regels voor goed ondernemingsbestuur bepalen dat een vertrekvergoeding maximaal één basissalaris mag bedragen.
Ook verwees hij naar het arbeidscontract van Van Houten dat op de Philips-website staat. Maar zelfs een doorgewinterde beloningsexpert kan daaruit niet ondubbelzinnig opmaken of sprake is van een vertrekvergoeding. Uiteindelijk bleek dat Van Houten een vertrekpremie van één basissalaris krijgt, oftewel: 1,3 miljoen euro.
Na wat getouwtrek werd ook duidelijk dat Van Houten gedurende zijn adviseurschap, tot eind april als hij definitief vertrekt, zijn basissalaris krijgt doorbetaald. Hij blijft ook aanspraak maken op bonussen als Philips erin slaagt bepaalde financiële en niet-financiële doelen te halen.
Sijbesma erkende dat 2022 “geen geweldig jaar was”, maar gaf geen gehoor aan de oproep om een streep door alle bonussen te zetten.
“We zijn een verstandige raad van commissarissen, geef ons wat ruimte om dit aan het einde van het jaar te bekijken.”
“Oplossing”
Met Roy Jakobs kiezen commissarissen voor een opvolger uit de eigen gelederen. Sijbesma wees onder meer op het feit dat Jakobs momenteel “actief betrokken is bij de operationele kant van de terugroepactie van de gemankeerde apneu-apparaten”.
Het was precies dit aspect waar een aantal aandeelhouders op aansloeg. Want is Jakobs onderdeel van het probleem of de oplossing, zo wilde één van hen weten.
Volgens Sijbesma is de nieuwe topman “niet verantwoordelijk geweest voor de onderliggende reden van de terugroepactie, maar wel zeer betrokken bij de oplossingen”. Hij prees Jakobs voor het feit dat hij de productie van vervangende apparaten, in een klimaat waar veel schaarste is aan componenten, fors heeft kunnen opschroeven.
“Grote crisis”
Roy Jakobs is zich ervan bewust dat hij aantreedt in turbulente tijden. Philips zit volgens hem “in een grote crisis”, zo zei hij in zijn eerste publieke optreden voor aandeelhouders. “We hebben een enorme klus voor de boeg om vertrouwen te herstellen en te winnen en moeten er hard tegenaan om de weg omhoog weer in te slaan.” Ook Sijbesma erkende dat Philips hiermee aan de slag moet.
De Amerikaanse medische toezichthouder FDA constateerde eind vorig jaar dat Philips te lankmoedig heeft gereageerd op indicaties dat Philips’ slaap- en beademingsapparaten niet naar behoren functioneerden. Het geluiddempende schuim van de slaapapneu-apparaten blijkt gezondheidsschade bij patiënten te kunnen veroorzaken.
De slaapapneu-affaire heeft het vertrouwen in Philips aangetast. Inmiddels zijn er al meerdere terugroepacties geweest, en die klus is nog niet afgerond. Het concern heeft vooralsnog ongeveer 900 miljoen euro aan voorzieningen geboekt om de kosten van deze affaire op te vangen. Dat bedrag is exclusief eventuele boetes en claims van patiënten en aandeelhouders.
Philips’ Amerikaanse dochter Respironics kreeg volgens de FDA al in 2015 klachten over het afbrokkelend schuim in de apparaten tegen slaapapneu. De kwaliteitscontrole bij dochterbedrijf Respironics was onder de maat. Het duurde tot 2021 voor de Philips-top actie ondernam. Inmiddels is ook het Amerikaanse openbaar ministerie een strafrechtelijk onderzoek gestart.
De reputatie van Philips is aangetast en het heeft marktaandeel verloren in een segment dat voor het bedrijf bovengemiddeld winstgevend was. De beurskoers reflecteert de ernst van de kwestie en de twijfels in de markt. Sinds de eerste aankondiging van de terugroepactie is de marktwaarde van Philips met circa 70 procent gedaald.